Stoppen is een woord dat je gemakkelijk uitspreekt. Maar als het zover is dat je tegen jezelf moet zeggen dat stoppen het beste is, dan krijgt het woord een bijzondere dimensie. Jef Depassé is beeldhouwer. Hij gaat stoppen. Het moet niet, maar het is gewoon het beste. Beeldhouwen is een zwaar vak. Sjouwen met steen, urenlang hakken met beitels en moker, het gaat je op je 77e niet in de koude kleren zitten. Waarmee ook de belangrijkste reden is gegeven om in een lagere versnelling verder te gaan. Voor ieder mens komt er een moment dat het lichaam gaat bokken als het overbelast wordt. Stoppen is een beslissing die Jef Depassé nam in nauw overleg met zijn vrouw en met zijn lichaam. Het is ook een moment om terug te kijken. Dat levert een levendig beeld op van dik 50 jaar werken als kunstenaar.
Vanuit Amsterdam naar Drenthe
Depassé werd op 9 juli 1943 geboren in Amsterdam. Hij is de zoon van een kunstzinnig echtpaar. Zijn tweede vader was de beeldhouwer Wim van den Hoek. Op zijn vijfde verhuisde het gezin naar Norg. De cultuurclash moet enorm geweest zijn, een stel ‘wilde stadjers’ het toen nog uiterst conservatieve Norg. De broene boon’n van Bartje tegenover de frivole ideeën van het kunstenaarsgezin, dat moest wel botsen. Jef Depassé kan er nu smakelijk over vertellen, maar dat zijn beste eigenschap tegen de pesters op school was dat hij heel hard kon lopen zegt alles. Het leerde hem dat hij vooral zijn eigen gang moest gaan. Na de opleiding tot tuinarchitect aan de Hogere Tuinbouwschool in Frederiksoord begon het te kriebelen. Hij begon beelden te maken voor de tuinen die hij ontwierp. Als autodidact beeldhouwer werkte hij ruim twee jaar als assistent bij Edu Waskowski, onder andere aan het oorlogsmonument aan de Hereweg in Groningen. Na zo’n opleiding in de praktijk is het etiket autodidact wel weg. Dat blijkt ook in de ontwikkeling van zijn werk.
Depassé maakte in zijn atelier in Paterswolde honderden kunstwerken in een veelheid van materialen, vormen en technieken. Grote granieten stenen veranderden in getordeerde beelden. De basis voor veel van zijn beelden is de verbeelding van spirituele vormen. Hij is gefascineerd door oervormen zoals het lemniscaat en de Keltische knoop. Het mondde vaak uit in Escher-achtige werken in steen die zich voor de kijker openen in een nauwelijks te volgen architectuur. Non figuratief noemt hij het zelf, maar dan wel in een vormentaal die gebaseerd is op een diep denkproces en intensieve studies. Voor zijn grote klantenkring abstraheerde hij graag menselijke en dierlijke vormen. Daar bleef het niet bij. Depassé maakte veel werk in opdracht voor overheden en bedrijven, vaak ook bestemd voor de openbare ruimte. Een hoogtepunt was de magnifieke grote expositie ‘7 x SOLO’ in 2015 in de tuinen van de Hortus Botanicus in Haren. Daar kreeg hij alle vrijheid om heel veel werk te laten zien op een manier die hijzelf mocht bepalen. Te zien hoe de bezoekers toen in verwondering langs zijn beelden dwaalden geeft hem nog steeds een kick. Dat zijn artistieke drijfveer maakte dat hij zich soms helemaal moest opsluiten, in zichzelf en in zijn atelier, daar kunnen zijn vrouw Anneke en zijn drie kinderen over meepraten. Vader Depassé liet geen doordeweekse ochtend voorbijgaan zonder te hakken, te slijpen of te lassen. Met als resultaat dat er een grote erfenis aan kunstvoorwerpen is ontstaan.
Stoppen, maar dan?
Na zo’n intensief leven komt er onverbiddelijk een moment dat een kunstenaar moet zeggen dat hij stopt. Onvoorstelbaar maar waar. Het lijf gebiedt het. Dat vraagt dan wel om een stevige bezinning op wat er met de grote voorraad aan kunst moet gebeurden. Er staan 65 grote stenen beelden in zijn atelier te wachten om zich te tonen aan het publiek. Datzelfde geld voor tientallen metalen gelaste sculpturen waarvan je als kijker voelt dat ze het geloof van Depassé in een prachtig hiernamaals uitdrukken. En dan nog de kleine bronzen en de houten beelden die om een mooie plek in een woning of een tuin vragen. De oplossing is het zoeken naar een permanente plek voor de grote werken en een verkooptentoonstelling waardoor zijn kunstwerken bij de liefhebbers terechtkomen. Hoe mooi zou het zijn als de monumentale kerncollectie van vooral de stenen beelden een permanente plek zou kunnen krijgen in een grote openbare tuin, een landgoed of een park. Stel dat er een eigenaar is, een particulier, een instelling of een overheidsorgaan die de kwaliteit van zijn tuin of park graag een kwalitatieve en kunstzinnige boost wil geven? In dat geval zou Depassé graag meewerken aan een overdracht van zijn collectie, het tonen van het werk staat bij hem voorop. Hij ziet de bezoekers al door de groene ruimte lopen en genieten van zijn sculpturen. Hoe mooi zou dat zijn. De tweede actie is een verkooptentoonstelling. Ook publiek met een kleinere tuin en een dito beurs moet aan zijn trekken komen.
In de weekenden van 22 augustus en 19 september 2020 staan tientallen kleinere beelden te wachten op een nieuwe eigenaar. Depassé wil het de belangstellenden niet moeilijk maken en zal zorgen voor een uiterst vriendelijke prijsstelling. De werken zijn voor deze gelegenheid met minstens 40% afgeprijsd. Hij zal zijn bezoekers op gepaste afstand, maar met open armen ontvangen. Meer informatie vindt u op de website van Jef Depassé.