Noord-Drenthe wil compensatie voor gevolgen gaswinning Groningenveld

Geplaatst op: vrijdag 7 april 2023

De gemeenten Noordenveld, Tynaarlo en Aa en Hunze en de provincie Drenthe willen een substantiële financiële bijdrage van het Rijk als compensatie voor de jarenlange gaswinning in het Groningenveld. Deze gaswinning heeft ook in delen van de drie Noord-Drentse gemeenten veel impact gehad door schade als gevolg van aardbevingen en bodembeweging. Met de compensatie kan de door de parlementaire enquêtecommissie benoemde ereschuld worden ingelost en kan verder toekomstperspectief aan de inwoners en regio worden geboden. Vandaag zijn de plannen op hoofdlijn gepresenteerd en per brief aan Hans Vijlbrief (staatssecretaris Mijnbouw) toegestuurd.


Concreet willen de drie gemeenten en provincie een substantiële financiële bijdrage om te kunnen investeren op drie thema’s: herstel van een kwalitatief hoogwaardige leefomgeving (met name schadeherstel en fysieke verbetering van woningen en de leefomgeving), versterking van publieke voorzieningen en borging van een duurzaam toekomstperspectief. De focus ligt daarbij vanzelfsprekend op de gebieden en inwoners die zijn getroffen door de gaswinningsproblematiek.


Toekomstperspectief
De afhandeling van schade moet milder, makkelijker en menselijker worden. Mensen moeten niet van het kastje naar de muur worden gestuurd. Binnen het effectgebied van het Groningenveld moet de omgekeerde bewijslast altijd worden toegepast en direct tot schadeherstel of een vergoeding leiden. Daarnaast moeten woningen moeten aardgasvrij kunnen worden gemaakt en worden verduurzaamd. Verder moeten er bijvoorbeeld middelen komen voor aardbevingsbestendige gebouwen en voor verbeteringen van de huizen om het woongenot en de aantrekkelijkheid te optimaliseren.


Ook zijn er investeringen nodig in de leefbaarheid van de regio. Volgens burgemeester Anno Wietze Hiemstra (Aa en Hunze en woordvoerder namens de Noord-Drentse gemeenten) gaat dat om meerjarige extra investeringen in publieke voorzieningen, zoals dorpshuizen, onderwijs, kinderopvang, sport-/cultuurfaciliteiten en dorpsfondsen, “maar ook investeringen in de mentale gezondheid van inwoners en het verlichten van financiële stress door daarvoor speciale programma’s te maken en bijvoorbeeld extra te investeren in maatschappelijke ondersteuning”. Tot slot willen de drie gemeenten en de provincie afspraken maken met het Rijk over een nieuw toekomstperspectief voor het gehele gebied. Deze economische impuls is gericht op een nog aantrekkelijker gebied in de toekomst, om te wonen, verblijven en recreëren. Daar horen investeringen bij in infrastructuur, bereikbaarheid, openbaar vervoer en cultureel erfgoed, maar ook in de toekomst van het landelijk gebied.


De uitvoering van het compensatieplan vergt een substantiële financiële bijdrage van het Rijk. Daarbij herkennen de Noord-Drentse gemeenten en de provincie zich in grote lijnen in de compensatievraag vanuit Groningen van per saldo zo’n 50.000 euro per inwoner. Hoeveel exact nodig zal zijn moet blijken uit de verdere gedetailleerde uitwerking. Voor de Noord-Drentse gemeenten, de provincie en de inwoners is het belangrijk dat de financiële investeringen in de genoemde 3 thema’s gelijk op moeten lopen met de Groningse gemeenten.


Uitwerking in gebiedsplannen
Het compensatieplan is een plan op hoofdlijnen. Het zou volgens de Noord-Drentse gemeenten en de provincie ook niet passend zijn om nu met een gedetailleerd uitgewerkt plan te komen, terwijl inwoners en gemeenteraden nog niet intensief betrokken zijn geweest. Hiemstra: “De volgende stap is om het compensatieplan uit te werken in gebiedsplannen die in nauwe samenwerking met de inwoners van de gemeenten moeten worden opgesteld. Om op korte termijn te kunnen starten met het opstellen van de gebiedsplannen en het doorlopen van een zorgvuldig proces vragen de gemeenten een ontwikkelbudget van 1 miljoen aan de staatssecretaris”.


Keerpunt
De gemeenten en provincie presenteerden de plannen in ’t Keerpunt, een café in Spijkerboor. Een symbolische keuze aldus burgemeester Hiemstra: “Uiteindelijk hopen we ook echt dat dit het keerpunt is en dat inwoners met deze investeringen gecompenseerd worden en meer toekomstperspectief krijgen en hier veilig en fijn kunnen wonen.”


Meer berichten over: